17 augustus 2019
Chutney is en smaakmaker uit de Indiase en Pakistaanse keuken. De oorsprong van het woord chutney ligt in het Hindoes en is afgeleid van het woord “chatni”.
In de landen van oorsprong wordt chutney meestal vers bereidt van ingrediënten met een sterke smaak die op dat moment voor handen zijn (aldus wikipedia).
In de westerse keuken maken we chutneys van groenten en fruit of een combinatie van deze twee. Veel voorkomende groente en fruit in chutneys zijn: mango, tomaat, meloen, druiven, appels, wortel, rode bieten.
Chutney wordt vooral gegeten als bijgerecht.
In het chutney recept bij dit (w)eetje gebruikte ik pruimen. Pruimen zijn er nu in overvloed. Het nadeel van pruimen is dat als ze rijp zijn niet lang kunnen duren. Daarom is een chutney van pruimen zo’n mooi gerecht, je kan immers nog lang nagenieten van het pruimenseizoen.
Het meest bekende van pruimen is dat ze een laxerende werking hebben.
Mijn leefstijl advies is: Pruimen zijn er ook in de gedroogde variant. In deze gedroogde variant bevatten ze veel suiker en gelijktijdig ook veel antioxidanten. Eet daarom gedroogde pruimen met verstand en beleid of andere woorden net als met zoveel andere dingen niet te veel en te vaak.
Mijn gezonde voeding praktijk tip is: Een pruimen chutney is erg lekker bij de kaasplank. Gebruik geen gemalen kruiden in de chutney omdat die de chutney troebel maken. Een witte azijn in de chutney maakt meer zuur en een rode azijn maakt meer zoet